Inderdaad nog eens Noorwegen. In 2010 waren we vooral in het fjordengebied in het zuidwestelijke deel verbleven, maar het noorden trekt ons ook. Tevens is dit een mooie kans om met een camper op pad te gaan. Deze hebben we voor 5 weken gehuurd bij Sonnemans Chinook in Aalst. Een grote camper met een vast bed waaronder een grote 'garage'. |
|
Vertrek
foto's van de camper met dank aan:
|
![]() |
![]() |
![]() |
naar Zweden Nog redelijk vroeg vertrekken we weer, het is nog niet zo druk op de A7 en de beruchte tunnel in Hamburg geeft geen problemen. In Schleswig wordt de dorst van de camper gelest en een half uur later zijn we in Skandinavië, meer precies Denemarken. Uiteraard zijn we niet de enige vakantiegangers, het is levendig op de snelweg. Ook vandaag is het weer zeer warm weer, maar met alle ramen tegen elkaar open kun je best in de zon staan om te eten. De brug over de Storebælt kost tol (€ 48). In de buurt van Kopenhagen is het druk op de weg, maar al gauw duiken we de tunnel in in de aanloop naar de Øresundsbrug. Ja, inderdaad, ook hier tol (€ 92 !). En dan zijn we opeens in Zweden. Het is nog vroeg op de middag en we gaan door langs Malmö, Lund en Helsingborg tot voorbij Falkenberg. De dieseltank raatkt leeg en in Tvååker vragen we bij de pomp naar een geschikte staplaats. We kunnen niet vinden wat ons is verteld, maar er is een parkeerplaats vlak bij een natuurgebied, helemaal voor ons. |
|
![]() |
![]() |
naar Noorwegen De wegen hier zijn smaller maar heel rustig, een fijne manier om de camper ook buiten de snelweg te leren besturen. Niet zo moeilijk trouwens, als je maar rekening houdt met het uitzwaaien van de oversteek. Terug op de snelweg passeren we Göteborg en voorbij Munkedal gaan we verder over de secundaire weg richting Noorwegen met een mooie picknickplek aan het meer Kärnsjön. Net voor de grens is nog een pomp (de TomTom weet dat goed te vertellen), de prijzen in Noorwegen liggen zo'n 15% hoger dan in Zweden. Nu we voorlopig geen snelweg meer rijden (denken wij) is de vakantie echt begonnen. Via Halden en Mysen komen we in Skjønhaug waar we met moeite de plaatselijke Kiwi (een supermarkt) vinden waar we wat inslaan. (vooral brood, dat is hier wel heel lekker maar ook, inderdaad duur - ongeveer € 3,50 voor 600 gram) Volgens de gids is er verderop een camping, we slaan echter net te vroeg af en eindigen aan een badplek bij een meer. Terug kunnen we de camping zien liggen. Voor omgerekend € 20 mag je een nacht staan en de stroom gebruiken. De rest (ook douches) kost weer extra. De beheerder vraagt of we elanden willen zien, ja natuurlijk, kijk, daar verderop staan er twee! De twee enorme beesten doen zich tegoed aan de suikerbonen die daar zijn geplant. Alles wordt aan de lader gehangen en de koelkast krijgt een flinke oppepper doordat de stroom is ingeschakeld. |
|
![]() aan het Karnsjön |
![]() |
langs Oslo Voor vertrek maken we gebruik van het dumpstation op de camping en gaan weer weg 22 op. Die leidt ons door landelijk gebied tot Lilleström. Daar moeten we toch weer de E6 op (snel- en tolweg dus) maar voor het meer Mjøsa kiezen we voor weg 33, heel rustig! In Gjøvik wordt dit weg 4 en even later weer de onvermijdelijke E6. Langs de weg gaan we picknicken, lekker in de zon. Op de weg is het voor Noorse begrippen best druk, maar de Noren zijn rustige automobilisten. In Ringebu zien we kans om de E6 te verlaten voor een weerzien met de weg over de Rondane. Hier proef je voor het eerst een wat noordelijker, zeg maar kaler landschap. Hogerop zijn geen bomen meer alleen nog rotsen vol korstmossen en lage begroeing. De schapen zorgen ervoor dat dit zo blijft. Overal staan houten hutjes, van de winter ligt hier dan ook behoorlijk wat sneeuw. Af en toe is er een onverhard zijweggetje en op een hiervan vinden we een mooie plek om te staan, vlakbij een waterval. Het is een stukje van de weg af, zodat je het verkeer niet meer hoort. Je kunt een heel eind wegkijken. Helaas blijkt de volgende dag dat er ook midgets wonen, van die onzichtbare minivliegjes die vergelijkbaar met de sandflies in Nieuw Zeeland voor aardige jeuk zorgen. |
|
![]() Rondane |
![]() |
langs de oostgrens 's Avonds gaan we vroeg slapen, dus we zijn regelmatig al om 7 uur onderweg. Voorbij de Rondane komt weer voor ons onbekend gebied, we gaan oostwaarts via Tynset naar Røros. Hier is het al levendig met toeristen. Het stadje is een oude mijnwerkersplaats en staat op de bekend lijst van de Unesco. Dit werelderfgoed is mooi behouden gebleven inclusief de gebouwen van de mijn zelf, en uiteraard veelal opgetrokken uit hout. Het is er tevens heel toeristisch met winkels toegesneden op de gasten. We hebben veel medetoeristen die van het mooie weer genieten. Na wat boodschappen in de plaatselijke supermarkt trekken verder richting Zweden en in Brekka slaan we af op de tertiaire weg 705. Al gauw gaat het omhoog en kunnen we van mooie vergezichten genieten. Om de bocht wordt het remmen - er lopen rendieren op de weg. Langs de weg zijn ook mooie plekken om te overnachten en we kiezen er een uit. Helaas wordt Truus hier stelselmatig lastig gevallen door dazen die vreemd genoeg geen boodschap hebben aan Peter. Wel komt er weer een rendier over de weg aan wandelen en blijft maar heen en weer paraderen. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
naar Trondheim en verder Weer rijden al vroeg door een verlaten landschap, doen een dumpstation aan en worden verderop op de tolweg E6 gedwongen. Trondheim maakt een rustige indruk. We doen een wandeling door het stadscentrum. Bijzonder is de kathedraal (Nidaros domkirke) in Engelse stijl, voorbij het kerkhof een oud hofje (Erkebispegården) en dan de bekende fotoplek op de Gamle Bybru. Vanaf de brug zijn de oude houten opslagloodsen te zien langs de Nidelva die verderop in de fjord stroomt. Trondheim is een hoogtepunt van cultureel Noorwegen, maar voor de steden zijn we niet gekomen. De tolweg brengt ons weer terug de stad uit en de E6 is tot Steinkjer zonder alternatief. De campingstoel van Peter is wat kapot, met tie-raps wil de reparatie niet lukken en ook touw begint te slijten. In Steinkjer vinden wij een bouwmarkt waar we lange schroeven kopen voor de reparatie. Voorbij Steinkjer verlaten we de hoofdweg en nemen weg 17 richting Namsos. Wat verderop slaan we nog een keer af om vrijwel meteen een mooie plek voor de nacht te vinden. De koelkast werkt nog steeds slecht op gas en nu zwaait ook de deur steeds open, hetgeen we met een noodoplossing verhelpen: paraplu tussen de deur en de zitting. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
noordwaarts Vandaag is het in de ochtend nog mistig, maar later weet de zon weer te winnen. Weg 17 is een alternatief voor de E6 maar dan moet je 6 keer met een pont, dat zien we niet zo zitten. We nemen wg 760 terug naar de E6 en voegen ons bij Grong weer tussen het noordwaartse verkeer. Rijden in de camper heeft als voordeel dat je hoog zit en over het andere verkeer uitkijkt. Meestal zit je in zo'n hoge positie eerste rang, je ziet heel wat meer dan in een gewone auto. De weg laat je goed vooruit komen, alles houdt zo'n beetje de maximum snelheid aan, 80 km/h. |
|
![]() |
![]() |
net niet Narvik 's Ochtends schijnt de zon na een kort mstigi begin overvloedig en het gaat weer naar de E6. Het blijft toch lekker toeren op die weg en we passeren Mo (i Rana) en rijden weer door behoorlijk bosrijk gebied. De weg blijft omhoog gaan en opeens houden de bomen op en wordt het weer kaal. Niet veel later is er een bord: Artic Circle naar rechts, daar is een informatiegebouw en parkeerterrein. We geloven dit wel en passeren zomaar die gedachtelijn. Verderop is er een rustige parkeerplaats, daar gaan we neerstrijken en genieten van dit geweldige landschap. In de zon is het lekker ondanks de noordelijkheid (vooruit dan: N 66° 40' O 15° 22'). In Fauske buigt de spoorlijn, onze vaste begeleider, af naar Bodø, wij blijven op de E6. Door een prachtig zonovergoten berglandschap gaan we door tot het voorlopig einde van de E6: de haven van Bognes. Na een half uurtje wachten en uiteraard betaling van de overtocht brengt ons de boot over de fjord naar Skaberget. Verderop in Ballangen kiezen we voor weg 819 in de hoop op een overnachtingsplek. De weg belooft dit echter niet zodat we na een aantal kilometers weer terug gaan. Net voor de hangbrug (Skjombrua) over een uitloper van de Ofotfjord is een parkeerterrein, dat gaat het worden voor die nacht. Narvik ligt zo'n 50 km verderop. |
|
|
![]() |
![]() op de pont |
![]() |
Eiland Senja |
|
![]() mist op de loer |
![]() |
![]() |
![]() in de verte hangt nog mist |
naar de Lofoten Vroeg uit de veren betekent ook weer vroeg onderweg. Voordeel is tevens dat er nog weinig verkeer is. Voordat de weg naar daalt om bij de fjord te komen is er mooi zicht op de Ofotfjord. We gaan de E10 op richting de Lofoten, een rij eilanden die achter elkaar zo'n 150 km de Noordzee in steken. Via de Tjeldsundbru komen we op Hinnøya, dit eiland hoort echter nog bij de Vesterålen. Toch zien we hier al wat op ons wacht, hoge vaak vreemd gevormde bergen, smalle dalen, weinig dorpen die dan ook nog eens heel klein zijn,de weg altijd vlakbij de zee, dan weer aan de ene en dan weer aan de andere kant. Aan de overkant van het water ligt weer een ander eiland, vaak dichtbij en dan weer verderop. De Raftsundbrua levert ons af op Austvågoy, nu officiëel de Lofoten. In plaats van een brug is er een tunnel die steil naar beneden duikt om onder de fjord te komen. Ook Svolvær, de grootste plaats is een typisch Noors stadje dat weinig uitstraalt. Bij de pomp en de winkels is het druk, de Lofoten zijn duidelijk een toeristische trekpleister. Net als wij komen er veel met de camper. Het stralend mooie weer wordt nu wat minder, er zijn meer wolken en naar het westen ziet het minder fraai uit. Verderop op Vestvågoya gaat de zon schuil achter de bewolking. Het Vikingmuseum in de vorm van een vikingschip trekt ons niet, het is er wel behoorlijk druk op het parkeerterrein. Een stukje voorbij de plaats Leknes zien we een leuke plek net voordat we de tunnel induiken die ons naar het eiland Flakstadøya brengt. Aan de overkant draaien we om, weer de tunnel in en we installeren ons op de plek. Wat later gaan de ramen dicht, het begint te regenen. De wolken lijken soms wel contact te maken met de zee en niet alleen de regen begint harder te worden, ook de wind. |
|
De Lofoten |
|
Å |
Drupfjordbrua |
|
|
naar Zweden De dag start iets minder stralend, blijven op de E10 richting Narvik, die hier de route deelt met de E6. Er wordt daar aan de weg gebouwd en we komen in een heuse file terecht, wel bijzonder en onze enige file in Noorwegen. Verderop staan borden die wijzen naar de E10 richting Kiruna. Hier slaan we van de E6 af. Het weer ziet er soms dreigend uit en terwijl de weg klimt en het landschap steeds kaler wordt, d.w.z. eigenlijk alleen nog rotsen en water (meertjes) laat zien, begint het heel hard te waaien. Net over de grens met Zweden vallen ook de eerste druppels. We lunchen op een plek langs de Torneträsk, een enorm meer. Langs de weg loopt de ijzerertsspoorlijn waar we wel een personentrein zien rijden. Soms is er ook zomaar een station, geen andere bebouwing in de buurt. Het blijft regenachtig, wel neemt de wind wat af. In Kiruna gaan we op zoek naar en supermarkt. De stad is pas iets meer dan 100 jaar oud en vooral gericht aan het huisvesten van de arbeiders in de ijzerertsmijnen die je verderop herkent aan de lange treinen die er staan. Het weer blijft nat en druilerig, de weg gaat nu door immense bossen, iets wat we de komende honderden kilometers wel vaker zullen beleven. Voorbij de afslag naar Noord-Finland (E45) draaien we een onverharde weg de bossen in, negeren een geslotenverklaring en installeren ons voor de komende nacht. Het regenen is ondertussen gestopt. |
|
Door Norrbotten |
|
Naar Jämtland Voordat we in Jämtland komen doorkruisen we op deze zonnige dag Vesterbotten. We willen nog steeds internetten en laten de TomTom een bibliotheek zoeken. Die moet er in Storuman zijn. Het ding brengt ons echter enkele kilometers verder naar Stensele, waar niet zo veel te doen is en ook geen bibliothek te vinden is. De volgende grotere plaats is Vilhelmina, maar daar kent Tommy geen bibliotheek. Dan Dorotea, ja die kent het ding. In Dorotea is op het gevonden adres wel een school. Dus doen we navraag bij de plaatselijke vvv - staat daar gewoon een pc die we kunnen gebuiken. Uitgemaild gaan we door tot Tommy in Hoting een ongenummerde weg aanwijst langs het meer Tasjön. Zo hoeven we niet via Östersund om te rijden. We genieten van de rustige weg tot na zo'n 50 km de verharding ophoudt. Terug is geen optie, dus dan maar zo'n 25 km verder, onverhard. We zien een wat open stuk en willen ons installeren. Maar de plek 'voelt niet lekker', dus gaan we verder. We komen uit op weg nummer 342, ja weer verhard, en even verder bij Lidsjöberg is een mooi plekje bij een meertje. Er zijn daar ook voorzieningen voor hengelaars zoals een schuilhut en een wc. Maar we houden de plek voor ons alleen. |
|
terug naar Noorwegen Alweer een zonnige dag! Weg 342 gaat door naar Gäddede, een trosteloze plaats net voor de Noorse grens maar wel voorzien van een benzinepomp. Over de grens is het weg nummer 74 en die gaat door een mooi berglandschap tot we uitkomen op de onvermijdelijke E6. Als alternatief voor de E6 loop de weg 763 aan de zuidkant van het meer Snaasen. Tommy beweert tegen beter weten in dat er in Noorwegen Lidl's zijn, ook in Steinkjer. Vooruit, dan ga daar maar naartoe. Blijkt het een Remia1000 te zijn, een supermarkt die door heel Noorwegen te vinden is. Voor de prijs maakt het niet veel uit, overal even duur. Na de boodschappen ruilen we nog in Steinkjer de E6 in voor weg 759 die ook langs het meer Leksdalsvatn gaat. Hier liggen campings aan het oever maar ook is er een vrij toegankelijke plek waar we ons installeren. Het begint te betrekken en er komt een bui over. Verder is het hier heerlijk rustig. |
|
uitstapje naar... Zweden De kaart geeft aan dat we vlakbij in Verdal over de E6 naar Trondheim kunnen gaan of een ommetje kunnen maken via Zweden. We kiezen dus voor weg 72 naar Zweden. Het is er rustig en opnieuw een prachtig landschap. Net voorbij de grens heet de weg 336 en is niet meer verhard. Toch valt het mee op een enkele kuil na, het gaat minder hard maar niet echt vervelend. Het landschap maakt veel goed, wat opener bossen, een heuvelachtig terrein met in de dalen meren, heel veel meren. De blauwe lucht met de zomerwolken wordt er mooi door gespiegeld. En er is nagenoeg geen verkeer; in Kallsedet is de weg weer van asfalt voorzien. Voordat we in Järpen de E14 op gaan wordt er getankt: diesel, water en lucht. Uiteraard is de E14 een wat drukkere weg vooral aan de andere kant van de weg, veel Zweden die op deze zondag van vakantie in Noorwegen teruggaan. Er is een mooi aangelegde picknickplek, tijd voor de lunch. De plaatsen langs deze weg zijn vaak heel toeristisch zoals Åre, maar dan vooral in de winter, je ziet de pistes op de heuvels. We volgen en bordje P naar een meer, maar daar vinden we geen plek. Net over de grens weer een P, daar blijkt echter een soort openluchtmuseum te zijn. In een dorp zien we een mooie parkeerplaats langs het kerkhof, maar besluiten hier toch niet te overnachten. Bij het dorpje Flornes is een brug met daarnaast een mooie plek aan het water. Onder de brug wordt er naar zalm gevist. We staan er fijn totdat een Deense visser zich enorm opwindt dat we hier staan, volgens hem is dit alleen voor vissers. Het is al bijna donker als er iemand langs komt, die zegt de eigenaar van de grond te zijn en er geen probleem mee te hebben dat we hier staan. Maar hij kon niet instaan voor de vissers en adviseerde om toch te gaan, want je weet maar nooit wat die gaan doen als je ligt te slapen. Dus we vertrekken en gaan weer op zoek naar een plekje, dit valt tegen. Met wat omzwervingen gaan we op een parkeerplaats langs de E14 staan, ondertussen is het al donker. |
|
naar het westen Het is wat mistig vanochtend maar onderweg richting Trondheim klaart het op. We gaan kijken bij de scheve toren van de kerk in Prestmoen. De uitdaging is nu om in Trondheim te komen via secundaire wegen die volgens de kaart echt bestaan. De TomTom wordt aan het zweten gezet en het lukt vooralsnog aardig. Net voor Ranheim gaat de Tommy in de fout en zitten we weer op de E6. In Trondheim is het nog steeds niet druk en de doorgaande weg (niet de E6) gaat dwars door de stad. We rijden langs de Trondheimfjord en verderop naar Melhus. Daar moet je toch voor een paar kilometer op de E6. We kiezen voor de 709, pauzeren uitgebreid op een rots langs het meer Malmsjoen. Het volgende doel, Orkanger, ligt langs de E39, hier weer een tolweg. Er is een alternatief dat parallel aan de tolweg loopt - en daar betaal je dus ook tol voor! Zogaan ze hier met sluipverkeer om. Ook zie je hier de typische Noorse dorpen, bygde geheten. Niet zoals bij ons de kerk in het midden met daaromheen raadhuis, winkels, kroegen enz. De dorpen hier bestaan een een verzameling her en der staande gebouwen zonder enig aanwijsbaar centrum. Er is een open plek ergens langs de E39 en die voldoet perfect voor een nachtplek. |
|
Prestmoen |
|
Een 's'je' Vandag willen we door het prachtige berglandschap toeren, achteraf lijkt de route op een s. Al na een half uur komen we weer bij zout water: de Vinjefjord. Buiten en camping is een parkeerplaats met dumpstation waarvann we dankbaar gebruik maken. Voorbij Liabøen gaat de E39 door naar Kristiansund, dat is voor later. Wij nemen de weg naar het Surnadal dat weer oostwaarts loopt. Het stralende weer is over, het is bewolkt met weinig zon. Na de boodschappen in Surnadal toeren we door het dal tot Meldal waar we via secundaire weggetjes zuidwaarts gaan om tenslotte op de overmijdelijke E6 (ja sorry alweer) uit te komen. In Oppdal gaan we tanken voordat we weg 70 in westwaartse richting nemen. In Oppdal is het heel druk, de campings puilen uit en alle vrije staanplaatsen tot heel wat kilometers voorbij Oppdal zijn helemaal vol. Blijkbaar is er een evenement, we hebben niet kunnen achterhalen welk. Voorbij Lønset wordt het weer een echte bergweg, toch vinden we een beetje een verscholen plekje vlak langs de weg. Nadat we er goed en wel staan begint het te regenen. Helaas staan we onder bomen die ons de hele nacht met druppelgeluiden op ons dak 'verblijden', al regent het al lang niet meer. |
|
Kristiansund en Averøy De weg gaat door het mooie Sunndal naar Sunndalsøra waar we koffie/theepauze houden. De bergen langs de Tingvollfjord zijn verstopt achter de wolken. De weg kronkelt wat, gaat eerst naar de Svinadalsfjord en dan weer terug naar de Tingvollfjord en loopt meestal vlak langs het water. Af en toe zijn er wat tunnels in verwerkt, Noorwegen moet tot een van de landen behoren met de meeste tunneldichtheid. Weg 70 komt uiteindelijk uit op de E39 die vrij snel met een lange tunnel onder de fjord duikt. Het weer knapt ondertussen behoorlijk op en Kristiansund is zonovergoten. We rijden weer een stukje terug, parkeren om de brug op te lopen die naar het eiland leidt waarop de stad ligt. Hier kun je mooie foto's nemen. De weg duikt weer een lange tunnel in, de Atlanterhavstunnelen van 5,7 km. Ook deze tunnel duikt steil naar beneden (en later weer even steil omhoog) om onder de zee door in Averøy uit te komen. In Bruhagen doen we boodschappen en nemen dan een smalle weg naar het zuidoever van het eiland. Daar is het heel rustig met kleine dorpjes en een viswater waar we ons installeren. De rest van de zonnige middag is het daar goed toeven. |
|
naar Eikesdalen De zon laat het vandaag afweten maar het is droog. We komen weer uit op de Atlanterhavsveien die hier met korte bruggetjes van een eilandje naar het volgende hopt, op de kaart net een parelsnoer. Tussendoor een hele steile brug om de doorvaart voor zeilboten mogelijk te maken. Voorbij Moen houden we voor een sanitaire stop bij een uitzichtspunt over de Frænfjord. Bij veel parkeerterreinen zijn wc's geplaatst, altijd voorzien van wc-papier en meestal spik en span. We rijden langs de Langfjord en in Eidsvåg slaan we de secundaire weg lands de fjord in. Op een parkeerplaats komt Peter in gesprek met een Noor in een camper die een waterval verderop aanprijst. Nou, doen maar. Bij Eresfjord sla je af, het Eikesdal in. De weg is smal maar niet druk en loopt steeds langs het Eikesdalvatn. In Eikesdalen neem je een tolweg tot aan een parkeerterrein. Nu is het nog een half uur wandelen, wel bergop, tot aan een brug. Heb je de waterval ondertussen al af en toe kunnen zien, hier zie je hem in volle glorie. De Mardalsvossen overbrugt 700 m hoogteverschil en bestaat eigenlijk uit twee stukken, het bovenste stuk wordt voor ons helaas meestal door wolken verdekt. Het is een mooie wandeling en de kaart geeft aan dat je de weg kunt blijven volgen door het gebergte tot Sunndalsøra. Na een aantal kilometer is er echter een slagboom - tolweg. En de tolweg is heel smal en niet eens verhard. We besluiten om te keren en stoppen om wat frambozen te plukken. We hadden bij de Langfjord een mooie overnachtingsplek gezien, we moeten toch terug tot Eresfjord. Het is inderdaad een fijne plek. De telefoon doet moeilijk, wil alleen nog noodoproepen doen. Vanavond hebben we weer regen maar staan nu niet zo onder de bomen. |
|
|
Mardalsvossen |
Naar Ålesund Ook vanochtend is het weer zwaar bewolkt maar droog. In Eresfjord wordt getankt en gebruik gemaakt van het dumpstation. Er volgt een leuke weg over een bergpas en we komen weer bij de Langfjord uit. Na weer een doorsteek is het nu de beurt aan de Romsdalsfjord, het blijft een prachtig landschap. Hier ligt Andalsnes, een wat grotere plaats waar we op zoek gaan naar een telefoonwinkel. In een elektrozaak kan men ons verder helpen, de oorzaak van onze storing ligt aan de provider, in Nederland dus. We schaffen een Noorse simkaart aan plus beltegoed, wat nog een heel gedoe is. Maar we zijn weer verbonden. Vanaf hier gaat de E136 naar Ålesund, ons volgende reisdoel. In Vestnes verlaten we de E-weg om de kustlijn van de Midfjord te volgen. Inderdaad een wat smalle en kronkelende weg, maar weinig verkeer. De weg van Eidsvik naar de E39 is wel heel druk. Gezien het tijdstip besluiten we morgen naar Ålesund te gaan en vinden in Skodje een camping aan de oever van de Storfjord. Hier wordt weer alles van spanning voorzien. We hebben ons nieuw Noors nummer naar de kinderen gesms'd en krijgen telefoon met de mededeling dat de broer van Truus is overleden. Daarop besluiten we morgen huiswaarts te keren wat op een afstand van 3500 km wel even zal duren. De impact van de boodschap is uiteraard dat de vakantie is afgelopen. |
|
naar huis We doen er drie dagen over om thuis te komen. Op dag 1 gaan we terug naar Andalsnes en door het prachtige Romsdal tot Dombås. Helaas kunnen we niet meer genieten van al het fraais. De E6 vanaf Dombås is de snelste weg om in Oslo te komen en verder richting Zweden. We eindigen op een parkeerterrein langs de E6 tussen Tanum en Dingle. Op dag 2 gaat het via Gotenburg en Malmö over de brug naar Kopenhagen en verder via Odense door Denemarken naar Duitsland. Helaas is het in Denemarken op deze zondag heel druk op de weg, het is de laatste vakantiedag voor velen en men gaat van kris naar kras en andersom, iedereen lijkt wel onderweg. In Fockbek bij Rendsburg mag je gratis overnachten op het parkeerterrein van het zwembad, een fijne plek. Op dag 3 gaat het via Hamburg en de grens bij Oldenzaal naar huis. Eerst doen we nog wat boodschappen in Bad Bentheim en zijn dan op de namiddag thuis. Later rijdt Tim mee om de camper weer in te leveren en Peter thuis te brengen. |
|
bij elkaar hebben we ongeveer 9500 km afgelegd, hier onze reisweg in Noorwegen: |
|
![]() |
![]() |